In februari 1944 wordt luitenant Barkow, de toezichthoudende ambtenaar die stierf tijdens een explosieve oefening, begraven op de militaire school. Kapitein Feders vermoedt dat hij niet door het ongeluk is overleden, maar werd gedood door een van de adelborsten. Krafft is toegewezen aan het moederbedrijf en zou een vermeende verkrachting moeten verhelderen: drie bemiddelaars zouden een onderofficier hebben verkracht. Door de deelnemers te ondervragen, komt Krafft erachter dat vrouwen gewoon plezier wilden hebben. De rechter van het Hooggerechtshof, Wirrmann, wil zich echte rin het onderzoek storten.